 |
 |
|
 |
 |
Around the world with Albaworld
Noces d’or in een Paraplu-op-vier-wielen Menig gouden bruidspaar piekert zich suf wat te doen op hun bijzondere
feestdag. Zaal huren voor familie en vrienden, met buffet en muziek? Een cruise op de Middellandse Zee? Met zijn allen naar een fijn concert? Rob en Els Dijksman vervulden in Frankrijk een oude wens. Een dag lekker nostalgisch rondtoeren in een Lelijke Eend.
Thiérache, het onbedorven platteland ‘Prima, maar weet je ook nog dat je alleen in stilstand naar z’n één kunt schakelen’,
vraagt Maxime Dequecker voor alle zekerheid. Op het dorpspleintje van Signy-le-Petit hebben Rob en Els net voorgedaan hoe je met die rare, uit het dashboard stekende pook van een Lelijke Eend moet schakelen. Het
is 12 mei, hun trouwdag. Zoals altijd op die dag straalt de zon vrolijk mee. Vandaag doet hij extra zijn best. Ze vieren immers hun gouden bruiloft. Noces d’or noemen de Fransen dat. Niet thuis of op een Grieks eiland met kinderen en kleinkinderen.
Maar samen in de Thiérache, het onbedorven platteland van Noord-Frankrijk en Waals-België.
Met flapperende raampjes Op hun ‘nostalgielijstje’ stond al jaren een dagje rijden in een Citroën 2CV,
een Lelijke Eend dus. Een halve eeuw geleden was het hun eerste auto. Retroscapade van Maxime Dequecker verhuurt er een stuk of acht, ontdekten ze. Nu hobbelen ze met flapperende raampjes, een opgerold dakje en een dik roadbook vol wegenkaarten het
pleintje af. Het karakteristieke geluid van het twee-cylinder boxermotortje trekt de aandacht. Het lijkt of het dorp is ingeseind over hun trouwdag. Ze worden vrolijk toegewuifd als ze langsrijden.
Notre Dame de Malapaire Bijna waren ze voorbij het witmarmeren oorlogsmonument naast het grensriviertje de Wartoise getuft. Een plaquette vertelt
dat hier, bij het visvijvergehucht Cendron, op 2 september 1944 om half tien de eerste Amerikaanse troepen België binnentrokken. Een paar kilometer verder staan voor een kapelletje wat verweerde, houten bankjes.
Dat valt op, zie je niet vaak. Twee scheefgezakte zuilen torsen nog net een leien luifel. De ijzeren deur zit op slot. Hartvormige openingen gunnen een blik op het verzorgde interieur, belicht door één petieterig raampje. Een tractor stopt. Landbouwer
Jean Dubois vertelt dat tweeënhalve eeuw geleden de vrouw van de smid in Forge-Philippe opdracht gaf tot de bouw van Notre Dame de Malapaire als dank voor het zo gewenste, enige kind dat zij kreeg. ‘Het was een tijd van grote devotie en Mariaverering
na het geweld van de zoveelste oorlog in onze grensstreek’, legt Jean uit.
Niets aan te geven ‘Ga ook eens in Macquenoise kijken. De film Rien à déclarer van Dany Boon zette het grensplaatsje
voor altijd op de kaart. Eerder regisseerde hij Bienvenue chez les Ch'tis. Met twintig miljoen bezoekers het grootste, Franse filmsucces ooit. Die films moet je echt gaan zien’, raadde Maxime Dequecker aan. Naast het vroegere douanekantoor
geeft een paneeltje wat informatie over de film. Maar iets klopt er niet. Op een foto staat een rijtje huizen dat nergens is te bekennen. ‘Ja, ze hadden er metershoge spaanplaten nepgevels naast gezet’, vertelt Marie Madiot in haar ‘tabac’-kruidenierswinkeltje.
‘Weet je, Noord-Frankrijk had in de rest van het land niet zo’n goede naam. Dat is door die films helemaal veranderd.’
Hele bezit op bakfiets Ontspannen voorthobbelend met een gangetje van zestig kilometer over smalle landweggetjes tussen
knalgele koolzaadvelden denken Els en Rob terug aan vroeger. Hoe ze hun hele bezit in een keer op een gehuurde bakfiets verhuisden. ‘We hadden eindelijk een woonvergunning bemachtigd voor een zolderetage. Voor zo’n papiertje moest je wel getrouwd
zijn. Jong en verliefd crosten we op een krakkemikkige damesfiets door Flowerpower-Amsterdam. Gingen voor nouvelle vaguefilms naar de nachtbioscoop. En keken met de halve buurt naar Toon Hermans op de gehuurde tv van het café op de hoek.’
Schaap in de auto De stoelen zitten net zo perfect als toen. Je hebt nog steeds een zee aan ruimte, volgens de ontwerpers kon je er een schaap
of een vat wijn in meenemen. Het dak oprolbaar in twee standen. Het motortje blijft lawaaiig en het stuurwiel is ‘maat tractor’. De eenvoud en simpele oplossingen van het hele ontwerp verdienen nog steeds bewondering. Met de slinger voor het wisselen
van een wiel kon je ook starten, kom daar tegenwoordig maar eens om!
Op de bonnefooi Het Parc naturel régional des Ardennes ligt voor een flink deel in de Thiérache. In het heuvelachtige
coulissenlandschap wisselen frisgroene weiden af met uitgestrekte naald- en loofbossen en vruchtbare akkers. Bruine Limousinkoeien grazen onder populieren vol maretak. Pittoreske plekjes verleiden om, net als vroeger op de Franse camping, de achterbank uit
de Eend te halen en relaxt in het zonnetje het roadbook eens goed te bestuderen. Want tot nu toe hebben ze maar een beetje links-rechts afslaand op de bonnefooi rondgereden.
Aan kapelletjes en wegkruisen geen gebrek. Een manshoge Christus aan het kruis, kilometers van de bewoonde wereld, is tot aan zijn knieën opgefleurd met veelkleurige plasticbloemen.
Églises Fortifiées Jean Dubois vertelde al over de roerige tijden in de Thiérache. Zolang Spanje de
baas was in de Zuidelijke Nederlanden, nu België, was het hommeles. Plunderende Spanjaarden en rovers vormden een constante bedreiging. Zestig kerken werden omgebouwd tot ware bastions, de zogenaamde weerkerken. In de torens kon de bevolking zich, soms
met hun vee, verschansen. Zo heeft de toren van de St Nicolaaskerk in Signy-le-Petit drie meter dikke muren en vier wachttorentjes. Voor liefhebbers is er een duidelijk bewegwijzerde Route des Églises Fortifiées uitgezet.
Rocroi In Frankrijk kun je de vreemdste plaatsnamen tegenkomen. Ook nu weer. Op D877 naar vestingstadje Rocroi rijden ze
door Mon Idee! Rocroi is bekend door een veldslag én een stinkkaasje. Het is een juweeltje. Vanaf het Place d’Armes met een retro-markthal leiden tien straatjes straalsgewijs naar de puntgave vestingwerken.
Die bestaan uit een dubbele omwalling met bastions, ravelijnen en nog wat ander defensief metselwerk. In 1643 lag half Europa weer eens met elkaar overhoop. De Bataille de Rocroi ging de boekjes in als de fatale slag voor de Spaanse hegemonie in Europa.
Claudine Lenoir van La Croix de Fer Een andere, bijna fatale slag kreeg de Fromage de Rocroi jaren geleden van de EU. Het is een zacht kaasje
van rauwe, magere koemelk met een natuurlijke bruine korst en rode en blauwe schimmelvlekken. Én nul procent vet. Wat rijper kan hij behoorlijk ‘geuren’, een beetje zoals die andere Noord-Franse kaas, maroilles. ‘De strenge, Brusselse hygiënevoorschriften waren de nekslag voor de traditionele, eeuwenoude productie. De kleine kaasboeren moesten stopten, ze konden de investeringen in betegelde vloeren en wanden en nieuwe apparatuur niet betalen’,
vertelt boerendochter Claudine Lenoir, die tot twee jaar geleden in de gehandicaptenzorg werkte. Zij pakte de draad weer op met haar La Croix de Fer, produits fermiers au lait cru. Adverteren doet ze niet. ‘ De bouche à l’oreille,
mond tot mond reclame, werkt prima. Men komt zelfs helemaal uit Reims’.
Stuurbekrachtiging Het enerverende dagje Eend zit erop. Eén gedachte kwam steeds weer bij Rob en Els terug: hoe reden
we toen in vredesnaam, hartje winter, in zo’n ‘Paraplu op vier wielen’, zonder stuurbekrachtiging en sneeuwkettingen, helemaal naar Noord-Schotland? Info: www.ardennes.com www.otrocroi.com www.retroscapade.com
Dit artikel verscheen eerder in Nestor Magazine.
|
|
 |
|
|
|